Het uitgevoerde booronderzoek heeft aangetoond dat het bodemprofiel niet noemenswaardig verstoord is. Hiermee zullen eventueel aanwezige archeologisch resten nog grotendeels intact zijn. De aanwezigheid van grofzandige en grindige afzettingen (Formatie van Streksel) op geringe diepte in de ondergrond ter plekke van deelgebied Griendsteeg maakt de aanwezigheid van een vindplaats echter niet waarschijnlijk.Ter plekke van deelgebied Berkenstraat is aangetoond dat van een dik (> 50 cm) plaggendek geen sprake is. De bodem in het hele deelgebied kan aangeduid worden als een laarpodzolbodem. Dit zijn over het algemeen latere ontginningen aan de rand van oude akkercomplexen. Dit kan een indicatie zijn dat het gaat om minder vruchtbare gronden, die in prehistorische en vroeg-historische tijden om die reden als minder aantrekkelijke vestigingsplaats werden beschouwd. Omdat dit niet meer is dan een indicatie, zal hier om de aan- of afwezigheid van een vindplaats definitief vast te stellen hierop zal een karterend veldonderzoek door middel van proefsleuven moeten worden uitgevoerd.Een karterend booronderzoek is vanwege de geringe vondstdichtheid die vindplaatsen op de zandgronden kenmerkt een minder geschikte methode voor het opsporen van vindplaatsen.
Date Submitted: 2009-11-20