In de uitgevoerde boringen voor het huidige archeologische onderzoek zijn, zoals op grond van het bureauonderzoek werd verwacht, onder een opgebracht zandig pakket met puin koopveengronden aangetroffen. In de boringen 1,7 en 8, gelegen langs de Dorpsstraat, zijn aanwijzingen gevonden dat vanaf respectievelijk 120, 65 en 65 cm –mv mogelijk resten van bebouwing te verwachten zijn, die op het minuutplan staan aangegeven, en die in ieder geval teruggaan tot aan het begin van de Nieuwe tijd en mogelijk zelfs tot in de Late-Middeleeuwen. Daarnaast blijkt dat in boring 7 en 8 onder het kleipakket een tweede potentieel archeologisch niveau aanwezig is in de top van het veraarde veen vanaf respectievelijk 95 en 115 cm –mv. In boring 9 is er geen onderscheid tussen archeologische niveaus en wordt het niveau hier vanaf 70 cm – mv in de top van het veraarde kleiig veen verwacht. Hoewel in het noordelijke deel van het plangebied (weide) alleen in boring 9 de natuurlijke ondergrond is bereikt kan op grond van de hoogteligging van dit gebied ten oosten van boring 9 worden gesteld dat het opgebrachte pakket grond hier minimaal 50 cm dikker is dan in boring 9 en waarschijnlijk een dikte heeft van meer dan 120 cm. Over het algemeen kan worden gesteld dat het ophogingspakket in het plangebied minimaal een dikte heeft van 1 meter. Alleen in boring M44 zijn aanwijzingen voor zandige getijdenafzettingen aangetroffen, die vanaf 160 cm –mv worden verwacht. Dit betekent dat in het plangebied rekening moet worden gehouden met eventuele getijdengeulen waarlangs mogelijk bewoning uit de IJzertijd tot en met de Romeinse tijd verwacht kan worden. De dekkingsgraad van het verkennende booronderzoek is relatief laag waardoor deze afzettingen makkelijk kunnen zijn gemist tijdens het booronderzoek, wat mede veroorzaakt is door het moeilijk te doordringen puinpakket wat is opgebracht.Dit betekent dat de hoge verwachting uit het bureauonderzoek om resten van bebouwing vanaf de Late-Middeleeuwen tot en met Nieuwe tijd aan te treffen, die evenwijdig aan de Dorpsstraat worden verwacht in een strook van 25-50 m ten zuidwesten van de Dorpsstraat, kan worden gehandhaafd. Dit geldt ook voor de middelhoge verwachting voor vindplaatsen vanaf de IJzertijd tot en met Romeinse tijd.

Issued: 2016-10-07