Bureauonderzoek en Inventariserend Veldonderzoek Tiel-Voorstad

DOI

Momenteel bereidt Bureau Bouwcoördinatie Nederland (BBN) in opdracht van Blijdesteijn Mode BV de realisisatie van nieuwbouw van het winkelpand van Blijdesteijn te Tiel voor. In opdracht van Blijdesteijn Mode BV heeft het Archeologisch Centrum van de Vrije Universiteit-Hendrik Brunsting Stichting (ACVU-HBS) in dit plangebied een bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek uitgevoerd.De motivatie voor het onderzoek is dat de geplande uitbreiding zou kunnen leiden tot aantasting van de mogelijk aanwezige archeologische resten.Doel van het onderzoek is het opsporen van potentiële archeologische vindplaatsen. Daartoe is eerst een bureauonderzoek uitgevoerd. Hieruit blijkt dat het plangebied zich deels bevindt op de dam, die tussen 1259 en 1304 in de Linge is geplaatst en deels op de uitbreidingen van deze dam, die in de 15e eeuw zijn gedaan om de reeds bebouwde dam tot een bolwerk te verbouwen. De tot voorstad van Tiel ontwikkelde dam lag op grondgebied van het dorp Zandwijk, waarvan belangrijke gebouwen als het raadhuis, het rechthuis en het gasthuis langs de Voorstad lagen.De archeologische verwachting voor het plangebied is dat resten van één of meerdere van bovengenoemde historische bouwerken aangetroffen kunnen worden. Er moet rekening gehouden worden met bewoningssporen van de 13e eeuw tot heden langs de Voorstad en van de 15e eeuw tot heden langs de Ruiterstraat. Houtconstructies die te maken hebben met de bouw van de dam worden verwacht in de diepere ondergrond van het plangebied.Het Inventariserend Veldonderzoek heeft plaatsgevonden doormiddel van boringen. Eén boring in de Voorstad bleek tot 3 meter diepte verstoord materiaal op te leveren. Twee boringen binnen het pand van Modehuis Blijdesteijn blijken de opgestelde archeologische verwachting te onderschrijven. Een archeologisch pakket met bewoningssporen en resten tot 1,2 meter diepte ligt over een pakket dat geïnterpreteerd wordt als damlichaam. Het geheel rust op afzettingen behorend tot de rivier de Linge. Een laatste boring, in een pand ten zuidoosten van het Modehuis Blijdesteijn, stuitte op een vaste muur of groot stuk puin.Aanbevolen wordt het archeologische pakket met bewoningssporen en resten in de bovengrond van het plangebied, tot ongeveer 1,2 meter diepte, geheel op te graven. De ontgraving tot 1 meter diepte ten behoeve van de nieuwbouw zou dit pakket geheel vernietigen. Omdat het heien of boren van palen ten behoeve van de nieuwbouw eventuele archeologie tot de hei- of boordiepte zou verstoren, wordt, vooral gezien de verwachte houtconstructies, aanbevolen het gehele oppervlak dat bebouwd zal gaan worden op te graven, danwel fysiek te beschermen. Proefsleuven zouden dit selectiebesluit beter kunnen onderbouwen.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-x7s-tgbq
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/dans-x7s-tgbq
Provenance
Creator G.L. Boreel
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor b.u.l.k. archeologie, import; ACVU-HBS
Publication Year 2015
Rights CC-BY-4.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Contact b.u.l.k. archeologie, import (DANS)
Representation
Resource Type Dataset
Format text/xml; application/pdf
Size 6766; 7839; 830; 5351; 614634
Version 2.0
Discipline Humanities