Aanvullend Archeologisch Onderzoek in het tracé van de Betuweroute, vindplaats 36 en 37, Dodewaard/Viaduct Dalwagen-Zuid en Dalwagen-Zuid

DOI

Op verzoek van de Nederlandse Spoorwegen Railinfrabeheer Managementgroep Betuweroute (NS-RIB MGBR) heeft de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek (ROB) Aanvullende Archeologische Onderzoeken (AAO 36 en 37) uitgevoerd in de gemeente Dodewaard. Object van onderzoek waren twee vindplaatsen (toponiemen: Viaduct Dalwagen-Zuid en Dalwagen-Zuid) ten zuiden van de A15. De vindplaatsen zijn in 1996 verkend door de Stichting Regionaal Archeologisch Archiverings Project (RAAP) tijdens een boorcampagne. De vindplaatsen liggen in het tracé van de Betuweroute en worden door de aanleg van het cunet bedreigd.Het doel van de AAO's was ten behoeve van een definitieve waardering inzicht te verkrijgen in de omvang, de aard en de kwaliteit van de vindplaatsen. Daartoe zijn op vindplaats 36 acht en op vindplaats 37 zeven putten aangelegd. Zij omvatten tezamen respectievelijk 118 en 112 m2.De vindplaatsen liggen op een crevassesysteem aan de oever van een meertje dat hier vroeger lag.Op zowel vindplaats 36 als 37 zijn twee vondstconcentraties aangetroffen, die in de Midden-Bronstijd gedateerd worden. De concentraties zijn perifere zones van nabijgelegen huisplaatsen. Mogelijk maken de vindplaatsen 36 en 37 samen met de ten noorden van de A15 gelegen vindplaatsen 17 en 38 deel uit van een en dezelfde nederzetting. De laatst genoemde vindplaats bevat zeker één, maar mogelijk twee boerderijen.Het vondstmateriaal van vindplaats 36 is slecht tot matig geconserveerd. Het aardewerk is sterk afgerond en gefragmenteerd. Het botmateriaal is eveneens sterk gefragmenteerd en niet of nauwelijks determineerbaar. Het vondstmateriaal van vindplaats 37 is in betere staat teruggevonden, hoewel ook het aardewerk van deze vindplaats sterk is afgerond. Het botmateriaal is redelijk tot goed geconserveerd en matig gefragmenteerd. Op beide vindplaatsen zijn in de monsters geen onverkoolde zaden gevonden, maar wel een geringe hoeveelheid verkoolde resten.Gezien de uitkomsten van het AAO zijn de mogelijkheden op ecologisch gebied bij verder onderzoek beperkt. Vindplaats 36 en 37 zijn behoudenswaardig op grond van landschappelijke en archeologische contextwaarde.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-xmb-nszm
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/dans-xmb-nszm
Provenance
Creator Sier, M.M.; Smits, E.
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor J Cichy; ROB, Amersfoort
Publication Year 2013
Rights CC-BY-SA-4.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/licenses/by-sa/4.0
OpenAccess true
Contact J Cichy (DANS)
Representation
Resource Type Dataset
Format application/pdf; text/xml
Size 1700600; 6404; 7203; 818; 3849
Version 2.0
Discipline Humanities