Op basis van de resultaten van het eerder uitgevoerde bureauonderzoek worden ter plaatse van de onderzoekslocatie vindplaatsen verwacht uit de periode vroege middeleeuwen tot en met de nieuwe tijd. De onderzoekslocatie ligt op de overgang van een laatmiddeleeuwse huisterp naar lager gelegen rivierafzettingen. Met name in het gedeelte waar de huisterp aanwezig is, is de kans op het aantreffen van vindplaatsen hoog. De bevindingen uit het bureauonderzoek zijn getoetst door middel van een inventariserend veldonderzoek. In totaal zijn er drie boringen verricht. De onderzoekslocatie ligt in geomorfologisch opzicht in de stroomgordel van de IJssel. Op de hogere gedeelten hiervan zijn in de late middeleeuwen door de mens opgehoogde woonplaatsen aangelegd.In boring 3 is een natuurlijke ooivaaggrond aanwezig, bestaande uit sterk zandige klei. Aanbevelingen Binnen de onderzoekslocatie is in één boring (boring 2) een oude ophooglaag aangetroffen. Hierin zijn echter geen archeologische resten of -indicatoren aangetroffen. In de nabijgelegen boring (boring 1) was deze laag niet (meer) aanwezig. Deze is waarschijnlijk verdwenen tijdens het ontgraven en het aanbrengen van de recente puinlaag. De kansrijke zone blijft beperkt tot boring 2. Omdat het een zeer klein gebied betreft, is de kans op het aantreffen van vindplaatsen met enige informatiewaarde klein. Er wordt dan ook geen verder vervolgonderzoek aanbevolen. Het bovenstaande betreft een advies.