Een opgraving aan de Herestraat 42-44

DOI

Het onderzoek heeft archeologische resten opgeleverd van bewoning in het plangebied vanaf de prehistorie tot de moderne tijd. De oudste resten bestonden uit enkele aardewerkscherven uit de ijzertijd of /Romeinse tijd. Enkele paalsporen en kuilen op de diepste opgravingsvlakken stammen mogelijk ook uit deze periode. Voor gebouwen zijn geen aanwijzingen gevonden. Vermoedelijk vanaf de 9e eeuw werd het gebied als akker gebruikt en zal er in de omgeving een boerderij hebben gestaan. Aan de westzijde van het plangebied zijn noord-zuid gerichte greppels gevonden. Deze lagen parallel aan de Herestraat, die ten westen van het plangebied ligt. Deze straat werd in de 11e eeuw verhard, maar zou ter plaatse van een oude, reeds bestaande route kunnen liggen. De aangetroffen greppels zouden de bermsloten van een (onverharde) voorloper van de Herestraat kunnen zijn. Uit deze fase is een kleine hoeveelheid kogelpotaardewerk gevonden. Uit het ontbreken van importaardewerk uit de 8e-9e eeuw kan worden afgeleid dat de bewoning op deze locatie vermoedelijk pas vanaf de 10e eeuw op gang kwam. Metaalvondsten uit deze periode zijn evenmin aangetroffen. De oudste metaalvondst, een zilveren penning, dateert uit het eerste kwart van de 11e eeuw. In de eeuwen daarna raakte het gebied overdekt met een dik pakket ophopingslagen. Toen er vanaf de 14e eeuw huizen van baksteen, met verharde vloeren aan de Herestraat werden gebouwd stokte de ophoping. Op de terreinen achter de huizen ging de ophoping langer door. In de 10e-12e eeuw maakte het plangebied deel uit van een groot perceel, waarvan de oostgrens uit een sloot bestond, langs de rand van het plangebied. Ook langs de zuidgrens is een deel van een sloot aangetroffen. De noordgrens van het grote perceel lagen buiten het plangebied, de Herestraat vormde waarschijnlijk de westgrens. Binnen dit perceel stond in de zuidwesthoek van het plangebied een gebouw, met bijbehorende waterput en afvalkuilen en mestkuilen. De bebouwing verschoof in de 12e eeuw waarschijnlijk naar het zuiden, deels buiten het plangebied. Vervolgens heeft er in de 12e-14e eeuw waarschijnlijk een (houten) gebouw gestaan in de zuidwesthoek van het plangebied, op de plaats van het latere perceel E50. Van dit gebouw zijn leemvloeren aangetroffen en mogelijk enkele paalsporen. De bovenste leemvloer wordt toegeschreven aan een opvolger van dit gebouw. Drie veldkeien die aan de Herestraatzijde zijn gevonden, vormen de stiepen, waarop houten palen van dit gebouw hebben gestaan. De vondsten uit deze periode bestaan voor het grootste deel uit gebruiksaardewerk. De verdeling tussen lokaal geproduceerd aardewerk en import aardewerk in de 13-15e eeuw wijst op een zekere mate van welgesteldheid in deze periode. In de voorgaande periode ontbreken aanwijzingen hiervoor. Enkele zilveren penningen dateren uit het begin van de 11e eeuw en de 12e-13e eeuw. Uit de aanwezigheid van metaalslakken blijkt dat een smid in de 12e-13e eeuw zijn werkplaats in (de directe) omgeving van het plangebied had. Vanaf de 14e eeuw verschenen de eerste bakstenen gebouwen in het plangebied, en werd het grote perceel opgesplitst in drie lange, smalle percelen. Het perceel E48 werd als eerste van deze percelen bebouwd met een huis van baksteen. Het voorhuis werd waarschijnlijk in de 14e eeuw gebouwd. Vervolgens werd in de eerste helft van de 15e eeuw een huis gebouwd op perceel E49. Ten slotte werd op perceel E50 in de 16e of begin 17e eeuw op de plaats van het huis op stiepen een baksteen huis gebouwd. Door deze verstening lagen vanaf tenminste de 14e eeuw de grenzen tussen de percelen aan deze zijde van de Herestraat vast. Het 14e eeuwse voorhuis op perceel E48 werd aan het eind van de 15e eeuw voorzien van een achterhuis. Beide bouwdelen lagen buiten de opgraving en zijn slechts aan de buitenzijde onderzocht. Van de stallen uit de 17e en 18e eeuw op het achtererf zijn geen funderingen gevonden, maar mogelijk wel een deel van de stenen vloer. Verder is een diepe waterput uit de eerste helft van de 17e eeuw gevonden die op de grens met het noordelijk aangrenzende perceel E47 lag, en met de bewoners van dat erf werd gedeeld. Perceel E48 werd in de 17e eeuw door notabelen bewoond. Behalve geglazuurde wandtegels heeft het archeologische onderzoek echter geen aanwijzingen opgeleverd voor de rijkdom van de bewoners van dit perceel. Het achtererf werd in de 19e en 20e eeuw volgebouwd. In de eerste helft van de 15e eeuw werd op perceel E49 een baksteen huis gebouwd. Dit huis werd in 16e eeuw uitgebreid met een achterhuis. Binnen het achterhuis werden een 16e eeuwse beerkelder en een 17e eeuwse kelder gevonden. In deze kelder werd een aanzienlijk hoeveelheid versierde wandtegels gevonden, waaruit blijkt dat er in die periode een gebouw van enige luxe op dit perceel heeft gestaan. In deze eeuw werd het erf bewoond door o.a. een militair en een kleermaker. Op het achtererf lagen in de 18e-19e eeuw twee waterputten. In een 19e eeuwse aanbouw werden een kelder en aangrenzende waterkelder gevonden. In de 18e eeuw werd dit perceel bewoond door o.a. een slager en een tabakshandelaar, in de 19e eeuw door een meubelfabrikant. Het vondstmateriaal bes taat uit doorsnee aardewerk- en metaalvondsten en laat verder geen bijzonder mate van welstand van de bewoners zien. Vanaf de 17e eeuw, mogelijk al in de 16e eeuw, heeft op perceel E50 een baksteen huis gestaan. In de loop van de 17e eeuw werd een achterhuis gebouwd. De resten hiervan zijn bij de aanleg van een grote 19e eeuwse kelder vergraven. Op het achtererf werden een 19e eeuwse waterkelder en funderingen van aanbouwen uit de 20e eeuw gevonden. Perceel E50 werd bewoond door o.a. een kleermaker en kooplieden en was aan het eind van de 17e eeuw in gebruik als schuilkerk. Vanwege de ingraving van de19e eeuwse kelder zijn op dit perceel weinig vondsten gedaan. Uit deze vondsten blijkt geen bijzondere mater van welstand, en aanwijzingen voor het gebruik als schuilkerk zijn niet aangetroffen.

Date Submitted: 2020-11-03

Files not yet migrated to Data Station. For access to these files, please contact DANS at info@dans.knaw.nl.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-zgg-kjt7
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/dans-zgg-kjt7
Provenance
Creator J.B. Hielkema
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor E.J.M. Zwet, van der
Publication Year 2020
Rights CC-BY-4.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Contact E.J.M. Zwet, van der (RAAP Archeologisch Adviesbureau BV)
Representation
Resource Type Dataset
Format application/zip
Size 33031
Version 1.0
Discipline Humanities