In opdracht van de fam. Killaars heeft Geonius Archeologie in februari 2016 een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd voor het plangebied Scheiweg te Reuver, gemeente Beesel.
Het archeologisch onderzoek bestond uit een bureauonderzoek en een IVO-O karterende vorm door middel van boringen.
Aanleiding voor het uitvoeren van het onderzoek is de aanvraag van een omgevingsvergunning ten behoeve van de bouw van een opslagloods.
Het plangebied maakt deel uit van een zwak golvend dalvlakteterras bedekt met dekzand waarin zich duinvaaggronden hebben ontwikkeld. In de omgeving van het plangebied zijn diverse archeologische vindplaatsen bekend uit vrijwel alle perioden. Uit het plangebied zelf zijn geen archeologische resten bekend. Het plangebied maakt wel deel uit van een AMK terrein van zeer hoge archeologische waarde. Het maakt deel uit van een voormalig leengoed daterend uit de Late Middeleeuwen. Het bureauonderzoek heeft echter uitgewezen dat het plangebied zelf geen deel heeft uitgemaakt van dit leengoed. Volgens de historische kaarten is het voor zover bekend niet bebouwd geweest. De eigenaar van het plangebied heeft aangegeven dat het plangebied in het verleden is gebruikt voor de aanleg van voederkuilen waarbij de nodige grond is verzet. Vanwege de verwachting dat de bodem in het plangebied is verstoord is voor het plangebied een lage tot middelhoge verwachting vastgesteld op het voorkomen van archeologische resten.
Het IVO-O karterende vorm door middel van boringen heeft uitgewezen dat de bodem bestaat uit zwak lemig zand. De bodem in het plangebied blijkt te zijn verstoord conform de verwachting. Middels het IVO-O zijn geen archeologische indicatoren verzameld welke kunnen wijzen op de aanwezigheid van een archeologische vindplaats.
Op grond van de resultaten van het onderzoek worden geen aanbevelingen gedaan voor een archeologisch vervolgonderzoek.
Dit rapport is verzonden aan de opdrachtgever om het ter toetsing voor te leggen aan de bevoegde overheid. Hier werd in de tussenliggende periode geen reactie op ontvangen. Aangezien de tweejaarstermijn, zoals vastgelegd in de KNA, is verstreken, is besloten om dit rapport definitief te maken.