De archeologische begeleiding in het tracé van de Driehuizerweg heeft geen archeologisch relevante grondsporen opgeleverd, enkel ingravingen van het bestaande riool, kabels en leidingen en andere 20e-eeuwse verstoringen in het wegcunet. Bij het vondstmateriaal gaat het om 31 metalen voorwerpen en munten te dateren van de Romeinse tijd tot en met de nieuwe tijd, met de nadruk op laatstgenoemde periode. Een groot deel van het reeds bestaande riooltracé was tot ca. 2 m - mv geheel verstoord. Alleen aan de oostzijde van de werkput was op ca. 60 cm - mv (ca. 25,00 m +NAP) nog een strook van de natuurlijke ondergrond aanwezig. Oude akker- of cultuurlagen ontbreken volledig binnen het onderzoeksgebied. Het oorspronkelijke bodemprofiel is dus sterk afgetopt, in eerste instantie door de aanleg van de oude onverharde Driehuizerweg en later ten tijde van de verharding van het wegtracé in de eerste helft van de 20e eeuw. De puinlaag onder het asfalt, het pakket waarin vrijwel alle vondsten zijn aangetroffen, is in die periode ook aangebracht. Het is niet bekend of het hierbij om lokaal omgewerkte grond gaat of dat dit van elders is aangevoerd. Eventueel aanwezige oudere sporen uit bijvoorbeeld de Romeinse tijd en Franse tijd, waarvan uit de directe omgeving verschillende voorbeelden bekend zijn, zullen door de aanleg van de Driehuizerweg en latere aanpassingen aan de weg zijn opgeruimd.