BAAC bv heeft een archeologisch inventariserend veldonderzoek met behulp van boringen (karterende fase) uitgevoerd ten behoeve van de geplande uitbreiding van een transportriool te Haaksbergen. De lengte van dit tracé is circa 1400 m en is 7,35 m breed. De maximale ontgravingdiepte is 3,5 m –mv. Volgens de gemeentelijke beleidsadvieskaart komen in het tracé plaggendekken op dekzandruggen en een beekdal of beekoverstromingsvlakte voor. De kans op het aantreffen van resten is ter plaatse van de plaggendekken hoog en ter plaatse van het beekdal of –overstromingsvlakte laag. Grenzend aan het plangebied liggen enkele historische erven die mogelijk teruggaan tot in de vroege middeleeuwen.In het zuidelijke en westelijke deel zijn daadwerkelijk plaggendekken aangetroffen. Deze liggen echter niet op een dekzandrug, maar op de flank daarvan. De bodemopbouw van de ondergrond is bijzonder divers en complex. In de meeste gevallen zijn Pleistocene en Holocene verspoelde afzettingen aangetroffen. Centraal in het plangebied is dekzand aangetroffen in een deel waar op grond van de gemeentelijke archeologische verwachtingskaart beekafzettingen verwacht werden. Het dekzand wordt afgedekt door een circa 30 cm dikke bouwvoor waar ondetermineerbaar aardewerk en houtskool in is aangetroffen. In het westelijk deel van het plangebied zijn beekafzettingen onder een plaggendek aangetroffen, waar in één boring prehistorisch aardewerk is gevonden. Met uitzondering van een deel in het zuiden van het tracé komen AC profielen voor, waarbij de bouwvoor of het plaggendek met een scherpe grens overgaat in de C-horizont. In het zuidelijk deel zijn in een aantal boringen deels intacte podzolprofielen onder een plaggendek aangetroffen. In enkele boringen verspreid gelegen in het plangebied bleek de bodem verstoord. Enkele boringen zijn vroegtijdig gestaakt.Geadviseerd wordt in eerste instantie een proefsleuvenonderzoek uit te voeren ter plaatse van de dekzandrug en het beekdal waar het aardewerk is gevonden
Date: 2012-09-04