KSP Archeologie heeft een archeologisch bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek, karterende fase (IVO-(O)verig); booronderzoek) uitgevoerd voor de locatie aan de Kooihoek 1-3 in Brakel (gemeente Zaltbommel). Het onderzoek is uitgevoerd voor de aanvraag van de wijziging van een omgevingsplan voor de nieuwbouwplannen van een woning met schuur.
Het doel van het archeologisch bureauonderzoek was het opstellen van een gespecificeerde archeologische verwachting voor het plangebied. Op de gemeentelijke archeologische vindplaatsen en verwachtingskaart (Figuur 5) heeft het plangebied een middelhoge verwachting vanwege de aanwezigheid van oeverafzettingen van de Waal en Gameren stroomgordel. Ook ligt het plangebied binnen een zone waar oude woongronden worden verwacht, waardoor er een hoge verwachting geldt voor deze gronden. Naar aanleiding van de resultaten van het bureauonderzoek is deze verwachting nader gespecificeerd per periode/bijgesteld. Aan het plangebied is een onbekende verwachting toegekend voor vindplaatsen van jager-verzamelaars uit het Laat-Paleolithicum tot en met het Midden-Neolithicum. Aan het plangebied is een lage verwachting toegekend voor nederzettingsresten uit het Laat-Neolithicum en een hoge verwachting voor nederzettingsresten uit de Bronstijd tot en met de Volle Middeleeuwen (tot in de 13e eeuw). Voor de Late Middeleeuwen (vanaf de 13e eeuw) tot en met de Nieuwe tijd is op basis van de historische ontwikkeling een lage verwachting aan het plangebied toegekend.
Vervolgens is deze verwachting getoetst door middel van een inventariserend veldonderzoek, karterende fase. Uit het booronderzoek is gebleken dat het plangebied van nature een lage ligging heeft gehad en bestond uit komafzettingen. Aangezien de bovengrond dermate is verstoord zijn er geen bodems aangetroffen. Mede op grond van de uitgevoerde milieuboringen worden er geen oude woongronden verwacht binnen het plangebied. Er zijn geen archeologische indicatoren, waaronder oude woongronden aangetroffen. Op basis hiervan blijft de onbekende verwachting voor vuursteenvindplaatsen uit het Laat-Paleolithicum tot en met het Midden-Neolithicum gehandhaafd, evenals de lage verwachting voor het Laat-Neolithicum om nederzettingsresten aan te treffen. De hoge verwachting voor nederzettingsresten vanaf de Bronstijd tot en met de Volle Middeleeuwen (tot in de 13e eeuw) is naar laag bijgesteld. De resultaten van het booronderzoek geven geen aanleiding om de lage verwachting voor resten uit de Volle Middeleeuwen (vanaf de 13e eeuw) tot en met de Nieuwe tijd bij te stellen.
Op grond van de aangetroffen bodemverstoringen met daaronder natuurlijke komafzettingen en daarmee lage archeologische verwachting voor nederzettingsresten adviseert KSP Archeologie om de archeologische dubbelbestemming te laten vervallen en geen archeologisch vervolgonderzoek uit te voeren.
Reactie namens bevoegd gezag:
Namens de gemeente Zaltbommel is de regioarcheoloog Rivierenland akkoord met de resultaten en conclusies van dit onderzoek. Het besluit is genomen het selectieadvies (de aanbevelingen) in zijn geheel over te nemen en het plangebied vrij te stellen van nader onderzoek. Het uitgevoerde booronderzoek heeft aangetoond dat er geen archeologische resten te verwachten zijn die bij de voorgenomen bouwontwikkeling verstoord zullen gaan worden.