Dood paard en de hond van de burgemeester Archeologisch onderzoek Academiestraat 3 te Harderwijk

In opdracht van de gemeente Harderwijk heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau in het voorjaar van 2009 een opgraving uitgevoerd in verband met de voorgenomen bouw van een rijwielstalling op het perceel Academiestraat 3 te Harderwijk.

Voorafgaand aan de stedelijke bebouwing bestond het plangebied uit akkergrond. Uit het pollenonderzoek aan de prestedelijke ‘akkerlaag’ is gebleken dat op de ‘akker’ in ieder geval tarwe, maar mogelijk ook gerst en rogge werd verbouwd. De aanwezigheid van pollen van struikhei kan betekenen dat sprake was van plaggenbemesting. Omdat echte akkeronkruiden ontbreken, bestaat er twijfel over het feit of de betreffende laag wel een akkerlaag is. Uit het hoge boompollenpercentage kan worden afgeleid dat op niet al te grote afstand waarschijnlijk bosvegetatie aanwezig was. Aan het eind van de 13e eeuw waren de gronden in het plangebied onderdeel van het uitgebreide bezit van het Minderbroederklooster, het oudste klooster van Harderwijk. Een aantal archeologische resten kan in relatie met het klooster gebracht worden. Het gaat om een (deels) bakstenen spieker voor opslag, een ambachtskuil voor het roten van hennep of hop, en mogelijke gebiedsscheidingen (percelering in de vorm van greppels).

Een opzienbarende vondst betreft de begraving van een paard. Het paard was onthoofd en met huid en haar begraven, waarbij het hoofd als eerste in de kuil was gedeponeerd. Voor dit merkwaardige fenomeen is geen verklaring gevonden. Het is ook niet geheel duidelijk of het paard met de kloosterlingen in verband gebracht moet worden. Was dit wellicht een laatste eerbetoon aan het beste paard van stal dat na een werkzaam leven aan God toevertrouwd werd? Deze verklaring geeft echter nog geen antwoord op de vraag waarom het paard onthoofd werd.

In de 15e eeuw werd het plangebied opnieuw vormgegeven. Uit deze periode stamt de achtergevel van het pand aan de Donkerstraat en de bakstenen waterput. Het huis is van het type stenenkamer met voorhuis. Bij dit type stadshuizen zijn de achterhuizen over het algemeen het oudst. Ze worden gedateerd voor de stadsbrand van 1503. Een representatieve stenen woning die niet gebonden was aan de rooilijn van een straat, maar rondom vrij stond op een groot erf was een populaire bouwwijze bij de welvarende stadselite. Het gebouw is op enig moment afgebroken, waarna het van de meeste oude kaarten bekende L-vormige bouwblok verscheen. De verbreding van de Academiestraat ging ten koste van dit (van oorsprong middeleeuwse) pand. Dit is een indicatie voor de herinrichting van de bebouwing aan de Donkerstraat: het St. Catherinaklooster werd omstreeks 1439 gesticht, de voormalige kloosterkerk, de huidige Catherinakapel, werd echter pas in 1502 voltooid. In dit kader is de eerste schriftelijke vermelding van het hoekpand Donkerstraat en “dat straatje daarmee men naar St. Catherijneklooster gaat” een aanwijzing dat verbouwing na 1525 heeft plaatsgevonden.

Rond 1600 werd de bebouwing aan de Academiestraat verdicht en verschenen er verschillende ambachtsstructuren, waaruit blijkt dat grote bedrijvigheid op het terrein heeft plaatsgevonden. Vanaf het begin van de 18e eeuw behoorden de bewoners van het pand aan de Donkerstraat tot de bestuurlijke elite van Harderwijk. Maar liefst twee burgemeesters hebben met grote waarschijnlijkheid in het pand gewoond. Diverse vondsten wijzen op de hoge status van de bewoners (glazen drinkgerei en sierstukken in glas en aardewerk, schrijfstiften en lakzegels voor het voeren van correspondentie).

Uit deze periode stamt ook de begraving van een hond. Dat de hond werkelijk aan de burgemeestersfamilie Van Holthe heeft toebehoord, zoals de titel van dit rapport suggereert, kan niet worden aangetoond. Het is wel opvallend dat de hond uitzonderlijk groot was, zo groot als bijvoorbeeld een windhond. Opmerkelijk is dan dat op één van de aangetroffen lakzegels een wapen met afbeelding van een zittende hond, waarschijnlijk een windhond, aanwezig is.

De stedelijke verdichting kreeg in Harderwijk zijn beslag in de 16e en 17e eeuw en bleef gehandhaafd tot vandaag de dag. De stedelijke hoofdstructuur was echter al aanwezig aan het eind van de 13e eeuw. In de 18e en 19e eeuw werd het binnenterrein Academiestraat 3 verder vol gebouwd tot de uiteindelijke verschijning die kort voor de opgraving werd gesloopt.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-29m-vpk9
PID https://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-v7t2-tu
Metadata Access https://easy.dans.knaw.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=oai:easy.dans.knaw.nl:easy-dataset:53794
Provenance
Creator Schabbink, M.
Publisher RAAP Archeologisch Adviesbureau B.V.
Contributor Haaster, H. van; RAAP Archeologisch Adviesbureau B.V.
Publication Year 2013
Rights info:eu-repo/semantics/openAccess; License: http://creativecommons.org/licenses/by/4.0; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Representation
Language Dutch; Flemish
Resource Type Dataset
Format application/rtf; application/pdf; application/msword; image/jpeg; .rtf; .pdf; .doc; .jpg; .tab; .mdb
Discipline Ancient Cultures; Archaeology; Humanities
Spatial Coverage (5.618 LON, 52.349 LAT); 26H; Academiestraat; Harderwijk; Gelderland