In 2007 werd opgegraven in ‘fase 1’ van Kampershoek Noord, met enige haast omdat plannen bestonden nog hetzelfde jaar met de aanleg van de infrastructuur op het nieuwe bedrijventerrein te beginnen. Direct ten westen van het onderzoeksterrein lagen wat kleine weitjes en een erf met een huis (Heerweg 15), precies op de plaats waar de ontsluitingsweg voor het bedrijventerrein was gepland (fig. 11.1). De sloop van het huis was nog niet mogelijk en het terrein kon dus niet worden betreden voor proefsleuvenonderzoek. Toen het archeologisch onderzoek op Kampershoek in 2011 werd voortgezet, was het pand inmiddels gesloopt - op de kelder en fundering na - en had asbestonderzoek plaatsgevonden. Dit laatste was nodig, omdat achter Heerweg 15 en op het tegenoverliggende perceel W 216 ooit grote stallen hadden gestaan. De ‘strategische’ ligging van het deelgebied 2011-a waarover we hier spreken, betekende dat de proefsleuven hier snel moesten worden aangelegd, voordat met de opgravingen op het Focusterrein werd begonnen. Indien vindplaatsen zouden worden aangetroffen, dienden deze direct te worden gewaardeerd en al dan niet te worden opgegraven. Het doel van het onderzoek op terrein 2011-a was de eventuele bewoning uit de Middeleeuwen en de Nieuwe Tijd. De Heerweg komt van oudsher pal ten noorden van Heerweg 15 uit op een driesprong met de Rakerstraat. Hier zijn vondsten gedaan vanaf de IJzertijd die wijzen op bewoning van gebied. Eveneens zijn grafvelden uit de Late-IJzertijd en Romeinse Tijd aangetroffen.