In opdracht van gemeente Nijmegen heeft Bureau Archeologie en Bodemkwaliteit van de gemeente Nijmegen (BABN) in augustus 2022 een bureauonderzoek uitgevoerd voor het plangebied Heumensoord ter hoogte van het tijdelijk militair vierdaagse-tentenkamp te Heumen.
De aanleiding voor onderhavig onderzoek vormt de voorgenomen ontwikkeling van het plangebied en de hiervoor genoodzaakte bestemmingsplanwijziging. In het plangebied dient een deel van de ondergrondse infrastructuur (riool, water, gas en elektrakabels) te worden verlegd of aangelegd. Deze grondwerkzaamheden kunnen eventuele archeologische resten verstoren. Gezien dit soort werkzaamheden op het terrein in de toekomst vaker kunnen voorkomen is besloten om het plangebied van het bureauonderzoek uit te breiden naar het gehele kampement (34 ha). De uitkomst van het onderzoek kan hierdoor in het vernieuwde bestemmingsplan opgenomen worden. Het bevoegd gezag van de gemeente Heumen heeft besloten een bureauonderzoek uit te laten voeren om een gespecificeerde archeologische verwachting van het plangebied in kaart te brengen.
Het doel van het bureauonderzoek is het opstellen van een gespecificeerde archeologische verwachting aan de hand van bestaande bronnen over bekende of verwachte landschappelijke, historische en archeologische waarden. Het resultaat betreft een standaardrapport met een gespecificeerde archeologische verwachting en een advies. Op basis hiervan kan het bevoegd gezag een beslissing nemen over het al dan niet laten uitvoeren van vervolgonderzoek. Ten behoeve van het bureauonderzoek zijn gegevens verzameld over bekende of verwachte archeologische waarden, alsmede over geologische, bodemkundige en historisch-geografische kenmerken van (de omgeving van) het plangebied.
Uit het bureauonderzoek is gebleken dat er in het verleden niet of nauwelijks onderzoek heeft plaatsgevonden. Puur op basis van de landschappelijke ondergrond (spoelzandwaaier) kunnen binnen het plangebied in principe archeologische resten worden verwacht die dateren vanaf de vroege prehistorie tot heden. Alle complextypen zijn daarbij mogelijk. Slechts enkele terreinen zijn volledig verstoord en hiervoor geldt geen verwachting meer. In de directe omgeving van het onderzoeksgebied is slechts één vindplaats bekend, namelijk van een Romeinse wachttoren (AMK terrein 1662) in het uiterste zuidwesten van het onderzoeksgebied. De wachttoren heeft langs een wegtracé gelegen, waarschijnlijk de voorganger van de nieuwetijdse weg die als karrensporen zichtbaar op reliëfkaarten door het noordwesten van het plangebied lopen. Aan de hand van historische gegevens is gebleken dat het plangebied voor het grootste deel van de geschiedenis bebost is geweest, alvorens deze is ontgonnen en deels opnieuw is bebost. In de late nieuwe tijd is het plangebied in gebruik genomen door Defensie, waarna meerdere schietbanen met kogelvangers zijn aangelegd.
In de Tweede Wereldoorlog is vrijwel het gehele plangebied in gebruik geweest als legerkamp met grote aantallen voertuigen, opslaglocaties, loopgraven en schuttersputten. De kans op het aantreffen van sporen en vondsten uit deze periode is hoog.
Door de zeer beperkte hoeveelheid bodemkundig en archeologisch onderzoek in de directe omgeving is onvoldoende informatie aanwezig om een meer gespecificeerde verwachting voor archeologische resten binnen het plangebied te formuleren voor wat betreft de prehistorie tot en met de middeleeuwen.