Hilversum. Plangebied Larenseweg 127-131

DOI

In opdracht van Gemeente Hilversum heeft het onderzoeks- en adviesbureau BAAC bv een archeologisch bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek met behulp van boringen (karterende fase) uitgevoerd in het plangebied Larenseweg 127-131 te Hilversum. De plannen voor de planlocatie hebben betrekking op nieuwbouw; de hierbij te veroorzaken verstoringsdiepte is onbekend.Uit het bureauonderzoek is gebleken dat het plangebied deel uit maakt van een smeltwaterwaaier die is gelegen op de Gooise Stuwwal. De Gooise Stuwwal is ontstaan tijdens de laatste perioden van het pleistoceen toen het landijs sediment van de Rijn en Maas opstuwde tot wallen, de zogenaamde stuwwallen. De bewoning van het Midden-Nederlandse zandgebied vond plaats sinds het neolithicum. De eerste nederzettingen ontstonden op de middelhoge zandgronden, aan de randen van de stuwwallen. In de Karolingische tijd ontstonden vervolgens de flankesdorpen zoals Bussum, Baarn en Amerongen. Bij deze flankesdorpen stonden de huizen aan een kant van het akkerbouwcomplex.Op basis van de aanwezigheid van archeologische indicatoren in de nabijheid van het plangebied, en het verwachtte bodemtype, geldt voor het plangebied een middelhoge archeologische verwachting op het aantreffen van archeologische vondsten en/of sporen uit het laat paleolithicum tot en met de nieuwe tijd, met de nadruk opmiddeleeuwse vondsten. Doordat het plangebied gelegen is nabij de historische kern van Hilversum en door de relatief hoge positie in het landschap is het plangebied een gunstig terrein voor aan aantreffen van archeologie.Er is een karterend booronderzoek uitgevoerd volgens de standaardmethode A1. Dit boorgrid is erop gericht om complextypen die zich kenmerken door een strooiing van overwegend vuursteen en/of aardewerk op te sporen. Tijdens het booronderzoek zijn in een verstoorde bodemlaag archeologische resten uit de nieuwe tijd gevonden, er zijn geen archeologische resten in onverstoorde lagen en/of uit overige perioden gevonden. Hoewel binnen het plangebied deels intacte bodemprofielen zijn waargenomen, zijn er geen archeologische interessante indicatoren aangetroffen die de aanwezigheid van (intacte) archeologische resten binnen het plangebied doen vermoeden. Derhalve wordt de kans dat zich daadwerkelijk intacte archeologische resten binnen het plangebied bevinden klein geacht. Op basis van de resultaten van het archeologisch onderzoek wordt het plangebied dan ook vrijgegeven voor de geplande ontwikkeling.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-2cf-r7q7
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/dans-2cf-r7q7
Provenance
Creator L.F.M. Koster
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor R.J.W.M. Gruben; BAAC bv
Publication Year 2017
Rights CC-BY-4.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Contact R.J.W.M. Gruben (BAAC bv)
Representation
Resource Type Dataset
Format text/xml; application/pdf
Size 8553; 6494; 955; 9373; 5574526
Version 1.0
Discipline Humanities