AAD J. KOUWENHOVEN (NL)Aad wilde aan de razzia ontsnappen door naar de Binnenhaven te gaan, maar hij werd toen hij naar buiten ging, meteen opgepakt. In het Feijenoordstadion ontmoette hij een aantal bekenden. Aan boord van een rijnaak ging de strijdbare Aad in discussie met een Duitser over de slechte behandeling, waarop Aad naar beneden werd getrapt.Op weg naar Amsterdam schuurde het schip regelmatig tegen de kant. Een aantal jongens grepen die gelegenheden aan om te ontsnappen. Hoeveel er zijn verdronken, weet Aad niet. Op het IJsselmeer varend kwamen er tientallen geallieerde vliegtuigen over, die niet tot de aanval overgingen.In Wezep besloten Aad en zijn vrienden te vluchten. Op het moment dat ze naar buiten wilden gaan, werd er geschoten, waarop de poging werd afgeblazen. De volgende morgen, nadat de Duitsers zakmessen en dergelijke hadden afgenomen, moesten ze zich opstellen op een verzamelterrein. Er werden drie jongens voorgeleid aan een executiepeloton. Na de executie werd Aad met een paar anderen naar voren gehaald om de jongens te begraven.Via Berlijn werd Aad naar Dresden getransporteerd, waar hij werd behandeld als ‘partizaan’. Daar, in een doorgangslager, kreeg Aad dysenterie. In zijn nabijheid stierven meerdere gevangenen. Langzaamaan genas Aad en hij werd op een zeker moment tewerkgesteld in een machinefabriekje, waar zijn leven wat beter werd.Vanaf een afstand zag Aad de bombardementen op Dresden. Uiteindelijk werd het kamp bevrijd door de Russen, waarna een chaotische periode aanbrak. Aad maakte zich verdienstelijk als vertaler. Om weg te komen uit het kamp trad Aad in het huwelijk met een Joodse vrouw. De Franse commandant functioneerde als ambtenaar. Toen die huwelijksovereenkomst niet nodig bleek te zijn om naar huis te kunnen gaan, leverde Aad het trouwboekje weer in.Thuis in Rotterdam had Aads moeder van een aantal teruggekeerde dwangarbeiders vernomen dat hij aan dysenterie leed. Zij dacht dat hij daaraan overleden was. Toen Aad thuis arriveerde, was zijn moeder inmiddels zelf ook ziek geworden, maar herstelde snel nadat haar zoon in leven bleek te zijn. Aad denkt volwassen geworden te zijn door de dingen die hij heeft meegemaakt, maar hij gelooft dat zijn moeder er veel erger aan toe was gedurende de Hongerwinter in Rotterdam.
Inhoud bestand _data:handgeschreven liedtekst met als onderwerp de razzia.Inhoud bestand _data2:verslag van de razzia door geïnterviewde van 10 november 1944 tot de thuiskomst op 17 juni 1945 met foto's van o.a. persoonsbewijs en strooibiljetten.
SAMENVATTING ONDERWERP. Op de avond van 9 november 1944 werd er een cordon rond Rotterdam en Schiedam gelegd door het Duitse leger. Alle belangrijke bruggen en strategische punten waren afgezet, trams reden niet meer en het telefoonverkeer was geblokkeerd. Op de twee daarop volgende dagen werden ruim 52.000 Rotterdammers en Schiedammers tussen de zeventien en veertig jaar oud opgepakt en afgevoerd richting Duitsland om daar dwangarbeid te verrichten in veelal beroerde omstandigheden.De Razzia van Rotterdam is een van de grootste klopjachten die het Duits Nationaalsocialistische regime heeft gehouden. Het verzetsblad Vrij Nederland reageerde dan ook geschokt, het schreef op 14 december 1944: ‘Vijftigduizend Nederlandse mannen laten zich als schapen wegvoeren en evenzoveel vrouwen zien toe hoe hun mannen en zoons weerloos naar Hitlers slachtbank worden geleid’.Het project Reis van de Razzia is gebaseerd op gefilmde getuigenissen van mannen die de razzia en de daaropvolgende reis hebben meegemaakt, om een hiaat in de geschiedschrijving te vullen en om inzicht te geven in de gebeurtenissen aan de hand van het thema "Handelingsruimte van een individu in een samenleving onder druk".
AAD J. KOUWENHOVEN (EN)Aad wanted to escape the raid by going to the Binnenhaven, but he was immediately arrested when he went outside. He met a number of acquaintances in the Feijenoord stadium. On board a Rhine barge, the militant Aad got into a discussion with a German about the bad treatment, after which Aad was kicked down.On the way to Amsterdam, the ship regularly scraped against the side. A number of boys seized these opportunities to escape. Aad does not know how many drowned. While sailing on the IJsselmeer, dozens of Allied planes flew over, but they did not attack.Aad and his friends decided to flee in Wezep. When they wanted to go outside, shots were fired, after which the attempt was called off. The next morning, after the Germans had confiscated pocket knives and the like, they had to line up at an assembly point. Three boys were brought before an execution squad. After the execution, Aad and a few others were brought forward to bury the boys.Aad was transported to Dresden via Berlin, where he was treated as a ‘partisan’. There, in a transit camp, Aad contracted dysentery. Several prisoners died near him. Aad gradually recovered and at one point he was put to work in a machine factory, where his life improved somewhat.Aad watched the bombing of Dresden from a distance. Eventually, the camp was liberated by the Russians, after which a chaotic period began. Aad made himself useful as a translator. In order to escape the camp, Aad married a Jewish woman. The French commander functioned as a civil servant. When this marriage agreement turned out not to be necessary in order to be able to go home, Aad handed in his marriage certificate.At home in Rotterdam, Aad’s mother had heard from a number of returned forced labourers that he was suffering from dysentery. She thought he had died from it. When Aad arrived home, his mother had also become ill, but recovered quickly after her son was found to be alive. Aad thinks he has matured because of the things he has experienced, but he believes his mother was much worse off during the Hunger Winter in Rotterdam.
Contents of file _data:handwritten song lyrics with the subject of the raid.Contents of file _data2:report of the raid by the interviewee from 10 November 1944 to the homecoming on 17 June 1945 with photos of, among other things, identity cards and leaflets.
SUMMARY OF THE SUBJECT. On the evening of 9 November 1944, a cordon was placed around Rotterdam and Schiedam by the German army. All important bridges and strategic points were closed off, trams were no longer running and telephone traffic was blocked. On the following two days, more than 52,000 Rotterdammers and Schiedammers between the ages of seventeen and forty were arrested and taken to Germany to perform forced labour there, often in appalling conditions.
The Rotterdam Raid was one of the largest manhunts that the German National Socialist regime ever conducted. The resistance newspaper Vrij Nederland reacted with shock, writing on 14 December 1944: ‘Fifty thousand Dutch men let themselves be led away like sheep and just as many women watch as their husbands and sons are led defenceless to Hitler’s slaughterhouse’.
The project Journey of the Razzia is based on filmed testimonies of men who experienced the raid and the subsequent journey, to fill a gap in the historiography and to provide insight into the events based on the theme "Maneuverability of an individual in a society under pressure”.
AAD J. KOUWENHOVEN (DE)Aad wollte der Razzia entkommen, indem er zum Binnenhaven ging, wurde aber sofort verhaftet, als er nach draußen ging. Im Feijenoord-Stadion traf er mehrere Bekannte. An Bord eines Lastkahns geriet der kämpferische Aad mit einem Deutschen in eine Diskussion über die schlechte Behandlung, woraufhin Aad niedergeworfen wurde.Auf dem Weg nach Amsterdam scheuerte das Schiff regelmäßig an der Bordwand. Eine Reihe von Jungen nutzten diese Gelegenheit zur Flucht. Aad weiß nicht, wie viele ertrunken sind. Während der Fahrt über das IJsselmeer überquerten Dutzende alliierter Flugzeuge das Meer, griffen jedoch nicht an.In Wezep beschlossen Aad und seine Freunde zu fliehen. Als sie gerade nach draußen gehen wollten, fielen Schüsse und der Versuch wurde abgebrochen. Nachdem die Deutschen am nächsten Morgen Taschenmesser und ähnliches mitgenommen hatten, mussten sie sich an einem Sammelplatz aufstellen. Drei Jungen wurden zu einem Hinrichtungskommando geführt. Nach der Hinrichtung wurde Aad mit einigen anderen vorgeführt, um die Jungen zu begraben.Aad wurde über Berlin nach Dresden transportiert, wo er als „Partisan“ behandelt wurde. Dort, in einem Transitlager, erkrankte Aad an Ruhr. In seiner Nähe starben mehrere Häftlinge. Aad erholte sich langsam und irgendwann wurde er in einer Maschinenfabrik eingesetzt, wo sich sein Leben etwas verbesserte.Aus der Ferne sah Aad die Bombardierung Dresdens. Schließlich wurde das Lager von den Russen befreit, woraufhin eine chaotische Zeit begann. Aad machte sich als Übersetzer einen Namen. Um dem Lager zu entkommen, heiratete Aad eine Jüdin. Der französische Kommandant fungierte als Beamter. Als sich herausstellte, dass der Ehevertrag für die Rückkehr nach Hause nicht notwendig war, gab Aad die Heiratsurkunde zurück. Zu Hause in Rotterdam hatte Aads Mutter von mehreren zurückgekehrten Zwangsarbeitern gehört, dass er an Ruhr litt. Sie dachte, er sei daran gestorben. Als Aad nach Hause kam, war auch seine Mutter erkrankt, erholte sich jedoch schnell, nachdem sich herausstellte, dass ihr Sohn noch am Leben war. Aad glaubt, dass er aufgrund der Dinge, die er erlebt hat, erwachsen geworden ist, aber er glaubt, dass es seiner Mutter während des Hungerwinters in Rotterdam noch viel schlechter ging.
Inhalt der Datei _data:handschriftlicher Text mit dem Thema der Razzia.Inhalt der Datei _data2:Bericht der Interviewpartnerin über die Razzia vom 10. November 1944 bis zur Heimkehr am 17. Juni 1945, mit Fotos unter anderem von Personalausweisen und Flugblättern.
ZUSAMMENFASSUNG THEMA. Am Abend des 9. November 1944 errichtete die deutsche Armee eine Sperre um Rotterdam und Schiedam. Alle wichtigen Brücken und strategischen Punkte wurden abgesperrt, Straßenbahnen fuhren nicht mehr und der Telefonverkehr war unterbrochen. An den beiden folgenden Tagen wurden über 52.000 Einwohner Rotterdams und Schiedams im Alter zwischen 17 und 40 Jahren festgenommen und nach Deutschland verschleppt, um dort unter oft entsetzlichen Bedingungen Zwangsarbeit zu verrichten.
Die Razzia in Rotterdam war eine der größten Menschenjagden, die das nationalsozialistische Regime in Deutschland jemals durchgeführt hat. Die Widerstandszeitung Vrij Nederland reagierte schockiert und schrieb am 14. Dezember 1944: „Fünfzigtausend Niederländer ließen sich wie Schafe abführen und ebenso viele Frauen mussten zusehen, wie ihre Männer und Söhne wehrlos zu Hitlers Schlachthaus geführt wurden.“. Das Projekt „Journey of the Razzia“ basiert auf gefilmten Zeugenaussagen von Männern, die die Razzia und die anschließende Reise miterlebt haben, um eine Lücke in der Geschichtsschreibung zu schließen und unter dem Thema „Der Handlungsspielraum eines Individuums in einer Gesellschaft unter Druck“ Einblicke in die Ereignisse zu geben.
Op de avond van 9 november 1944 werd er een cordon rond Rotterdam en Schiedam gelegd door het Duitse leger. Alle belangrijke bruggen en strategische punten waren afgezet, trams reden niet meer en het telefoonverkeer was geblokkeerd. Op de twee daaropvolgende dagen werden ruim 52.000 Rotterdammers en Schiedammers tussen de zeventien en veertig jaar oud opgepakt en afgevoerd richting Duitsland om daar dwangarbeid te verrichten in veelal beroerde omstandigheden. De Razzia van Rotterdam is een van de grootste klopjachten die het Duits nationaalsocialistische regime heeft gehouden. Het verzetsblad Vrij Nederland reageerde dan ook geschokt, het schreef op 14 december 1944: ‘Vijftigduizend Nederlandse mannen laten zich als schapen wegvoeren en evenzoveel vrouwen zien toe hoe hun mannen en zoons weerloos naar Hitlers slachtbank worden geleid’.Het project Reis van de Razzia is gebaseerd op gefilmde getuigenissen van mannen die de razzia en de daaropvolgende reis hebben meegemaakt, om een hiaat in de geschiedschrijving te vullen en om inzicht te geven in de gebeurtenissen aan de hand van het thema "Handelingsruimte van een individu in een samenleving onder druk".De getuigenissen in Reis van de Razzia zijn gedaan door mannen die nu gemiddeld 87 jaar oud zijn en indertijd, eind 1944, tussen de 17 en 21 jaar oud waren. In de getuigenissen van deze jongens valt te horen wat hun overkomen is tijdens de oorlogsjaren en wat hun handelingsruimte was ten tijde van de razzia. Maar ook hoe de ervaring van de reis van de razzia, naar Duitsland en Oost-Nederland, hun verzelfstandiging in de hand heeft gewerkt.Na de bevrijding pakten de jongens de draad weer op, in een groot aantal gevallen nog onderbroken door de politionele acties in Indonesië. Maar uiteindelijk kregen ze een eigen leven, een eigen gezin, in een Nederland dat volop in het teken stond van de wederopbouw.Het project bestaat uit 76 interviews. Ieder interview is beschikbaar als afzonderlijke dataset met een eigen Persistent Identifier. Iedere dataset is als volgt opgebouwd: Bestand .docx-bestand is de transcriptie in Word. Bestand _3, indien aanwezig, bevat een beschrijving van de route die geïnterviewde heeft afgelegd.* Soms heeft de geïnterviewde aanvullende informatie, zoals foto's of een (eerder geschreven) verslag, beschikbaar gesteld. Deze informatie is dan opgenomen als _data en/of _fotobestand in de desbetreffende dataset. De inhoud wordt beschreven in het opmerkingenveld van de dataset.