Geïnterviewde (1924) werd geboren in een christelijk gezin met 2 broers en een zuster. Zijn vader was een hardwerkende timmerman met activiteiten in de kerkelijke gemeenschap, waardoor hij connecties had met netwerken voor onderduikadressen. Geïnterviewde doorliep de lagere school en daarna de ambachtsschool. Daarna zocht hij werk in Rotterdam voor 2 gulden per week. Hij volgde daarnaast nog een soort M.T.S. waardoor hij een jaar uitstel kreeg voor opkomst van de Arbeitseinsatz. Op de dag van de oproep vertrok hij met een koffertje per trein en bus naar de Haarlemmermeer, waar hij onderdook bij een handelaar in landbouwmachines annex boerenbedrijf, Slootweg. Bij een grote razzia werd hij opgepakt. De razzia was kennelijk gericht op ondergedoken Joden en Joodse kinderen: op een boerderij bleken 70 kinderen te zijn ondergedoken. Hij sloeg echter op de vlucht, eigenlijk onnodig, en werd opgepakt en naar de gevangenis in Amsterdam gebracht aan de Amstelveenseweg. Daar verbleef hij ca. 6 weken in een cel met 5 lotgenoten. Toen hij per trein overgebracht werd naar Amersfoort, slaagde hij er in een briefje uit de trein op het perron te werpen waardoor zijn ouders (door een onbekende per brief) werden geïnformeerd over zijn verblijf in Kamp Amersfoort. Via de Schreibtisch, de Rozentuin en de kapper kwam hij in Block 6 terecht. Spoedig ontdekte hij de wetten van het kampleven: “Niet opvallen en zoveel mogelijk bij werkcommando’s zien te komen die wat extra eten opleverden”. Zijn verhaal over de gang van zaken bij de appèls geeft een goed beeld hoe kamp oudste de wind er onder hield. Via buitencommando Soest van ca. 100 man kwam hij bij de technische dienst van het Kamp terecht. Dat betekende in de praktijk uitsluitend onderhoud aan de verduisteringsrollen in de barakken, maar ook een extra hap eten en warmte bij de kachel. Zijn verblijf in Amersfoort duurde van oktober 1943 tot 4 april 1944. Toen werd hij ingedeeld bij een zgn. Riga-transport, maar hij kwam niet verder dan Berlijn, waar hij middels de NOB (Nederlandse Oostbouw) tewerkgesteld werd aan de Tiefensee voor de bouw van een bunker. Hier leefde hij in betrekkelijke vrijheid in een huis met andere werkers. Er was altijd voldoende voedsel en redelijke bewegingsvrijheid. Tijdens een bezoek aan kennissen kwam hij klem te zitten tussen de oprukkende Russen en de terugtrekkende Duitsers. Te voet trok hij met een stel lotgenoten via de Elbe richting Bremen, waar ze werden opgevangen door de Amerikaanse troepen. Aan het eind van de oorlog werd hij per vrachtauto opnieuw naar Kamp Amersfoort vervoerd om van daaruit terug te keren in Overschie bij zijn ouders. Zijn echtgenote van nu was destijds zijn vriendin, en zij heeft zijdelings veel meebeleefd van alle gebeurtenissen uit die tijd.
Files not yet migrated to Data Station. Files for this dataset can be found at https://easy.dans.knaw.nl/ui/datasets/id/easy-dataset:113753.
Nationaal Monument Kamp Amersfoort, op de grens van Leusden en Amersfoort, is een van de drie bekendste Nederlandse herinneringscentra. In de periode 1941 tot 1945 hebben ongeveer 37.000 gevangenen voor korte of langere tijd vastgezeten in dit doorgangs-, tevens strafkamp dat onder direct bevel stond van de SS.In de loop der jaren heeft Nationaal Monument Kamp Amersfoort meer dan 100 oud-gevangenen kunnen interviewen over hun tijd in het kamp tijdens de Tweede Wereldoorlog. Dit zijn bijzondere interviews, die een indrukwekkend inkijkje geven in hoe het leven indertijd was in Kamp Amersfoort. Verhalen over strafappèls, het slechte eten, het wrede regime, maar ook over medegevangenen en hoe je als gevangene probeerde te overleven. Voor zover mogelijk worden alle interviews in de komende tijd beschikbaar gesteld.Het interviewteam:Diete Oudesluijs, Eddy van der Pluim, Dick van den Berg en Karel Kreuning.Team annotatie:Ruud Slabbertje, Ruud Boelen, Jertske Pasman, Siebe de Vries, Leen Bakker, Willem Tjipjes, Aloysius Michielsen, Jan Ulehake, Bram FaberSpraakherkenning:Hetty van Oel, Henny Wind